Thomas a Kempis (eigenlijk Thomas van Kempen of Thomas Hemerken of Haemerken, letterlijk “hamertje”; Kempen in Keur-Keulen, ca. 1380 – Zwolle, 25 juli 1471) was een middeleeuws augustijner kanunnik, kopiist, schrijver en mysticus. Hij was lid van de spirituele beweging van de Moderne Devotie en een volgeling van Geert Grote en Florens Radewijns, de stichters van de congregatie der Broeders des Gemenen Levens.
Thomas werd geboren in Kempen, nabij Krefeld, als zoon van Jan Hemerken, een smid, en Gertrude Hemerken, een onderwijzeres. De metonymische beroepsnaam (kleine hamer) verwijst naar het beroep van zijn vader, die smid was.[2] In 1393 werd Thomas naar de Latijnse school in Deventer (het centrum van de Moderne Devotie) gestuurd, die nauwe banden had met de Broeders van het Gemene Leven. Zijn broer Johannes was hem daar reeds voorgegaan, maar deze bleek al enige tijd te vertoeven in de recent gestichte Congregatie van Windesheim. Zijn broer bezorgde Thomas wel een introductiebrief voor de superior van de Broeders van het Gemene Leven te Deventer, Florens Radewijns. Thomas werd te Deventer goed ontvangen en volgens de leer van de Moderne Devotie van Geert Grote opgeleid. Hij verbleef zeven jaar in de Hanzestad Deventer en logeerde in het huis van Radewijns, onder wiens directe invloed hij stond.
Tijdens zijn studies bleek hij heel vaardig in het kopiëren van manuscripten. Daarna vestigde hij zich als een succesvol kopiist en kon zo zichzelf onderhouden. Later trad hij toe tot de reguliere augustijner kanunniken in de priorij van het Bergklooster op de Sint-Agnietenberg nabij Zwolle, waar zijn broer hem reeds was voorgegaan en prior was geworden. Hij werd tot priester gewijd in 1413 en werd subprior in 1429.
lees verder: Informatie Wikipedia